Verbond

Ooit was ik voor een radio-interview bij een componist die een hartverwarmend talent voor zelfrelativering bezat. Zo bekende hij dat als hij over een bepaald gedeelte in zijn stuk niet zeker was, dat luidkeels becommentarieerde, zodat de toehoorder de muziek niet meer volgen kon. Volledige stilte had hij tijdens het componeren nodig. Maar als hij dan op inspiratie ging zitten wachten, werd de geluidloosheid hem wat al te oorverdovend en zette hij in een andere kamer de stofzuiger aan. Tijdens ons kluchtige gesprek stond hij plotseling op, verontschuldigde zich en stak met kalme aandacht een kaars aan op de schoorsteenmantel. Dit deed hij elke dag uit trouw aan zijn zoontje. Dat had hij hem beloofd. In gedachten dan. Zijn gehandicapte kind was in een zorghuis door een tragisch ongeval op een verschrikkelijke manier omgekomen. Verbrand in een te heet bad. Had niemand hem horen schreeuwen? De manier waarop zijn lange vaderlijf zich over het kaarsje boog staat me al meer dan dertig jaar bij. Omdat hij het beloofd had werd de grond waarop hij stond daar iedere keer heilig, zo leek het. Ik zag ook hoe dat tedere verbond met zijn gestorven kind hem zelf troostte. Nog steeds inspireert me dit beeld van die man en zijn kaars. Hij was zo trouw aan zijn authentieke persoonlijkheid, dat hij zichzelf niet alleen relativeerde, maar ook vergat.

 
   « Artikelen overzicht