Donker hoekje

Ooit vertelde een hulpverlener me over een man die hij jarenlang in therapie had. Tijdens de laatste sessie vroeg hij zijn cliënt wat hem van alle behandelingen het meest zou bijblijven. ‘De manier waarop u de deur voor mij openmaakte.’ De vindplaats van tederheid en nabijheid bleek zich niet in de spreekkamer, maar bij de voordeur te bevinden. Vandaag stap ik dapper het Muzieum in Nijmegen binnen. Ja, daar is moed voor nodig, want het is hier aardedonker. Men ziet hier letterlijk geen hand voor ogen. Gids John is blind. Hij laat je aan den lijve een dag uit zijn leven ervaren. Met een stok en op de tast strompel ik door ‘zijn’ huis, ga ik aan het lawaai te horen een verkeersplein over en moeten er boodschappen worden gedaan. John’s stem klinkt steeds ergens in de verte, me zacht bij m’n naam noemend. Het voelt zo veilig dat ik m’n ingebeelde claustrofobie laat varen. De bedoeling van dit Muzieum is dat we begrip krijgen voor onze blinde medemens, maar ik leer mezelf ook beter kennen. Want wat voel ik me gezien door de blinde John. In die totale duisternis neemt hij mijn ontreddering waar en gidst hij me naar veiligheid. Mijn ogen gaan open. Gezien worden door een blinde, bemind worden bij de voordeur. Tederheid en nabijheid zitten in een klein, soms donker hoekje.

 
   « Artikelen overzicht