Kerst

Donkere dagen, lange nachten. Als we de natuur durven geloven, is dit de tijd om in te keren. Tijd voor een winterslaap. Voor vakantie van ons dag-bewustzijn. Tijd ook om ons letterlijk neer te leggen bij het duister, zoals de mens dat vóór de uitvinding van de elektriciteit altijd deed. Wat heeft de nacht ons te zeggen?  Is deze troostend of angstaanjagend? Wij bezigen de uitdrukking ‘zo lelijk als de nacht’. En we zeggen dat de nacht voor de dieven is. Voor dat wat het daglicht niet verdragen kan. Daartegenover staan de sprookjes van Duizend-en-een-nacht. En die ‘kerstnacht, schoner dan de dagen.’

Opvallend vaak spelen wonderbaarlijke gebeurtenissen in de Bijbel zich af in de nacht: het vertrek uit het angstland Egypte, Jacobs’ worsteling met God, de geheime ontmoeting tussen Nicodemus en Jezus, de overgave van Jezus in Gethsemane. En natuurlijk de geboorte van God als mens. Er is een legende die ons vertelt dat de hemel tussen Kerst en Driekoningen twaalf nachten wagenwijd openstaat. Tijdens de kerstnacht gaan we massaal ter kerke, alsof we onbewust naar die open hemel verlangen. Mystici spreken al eeuwen over de louterende nacht van de ziel. 

Wat wil er in ons geboren worden als het donker wordt en stil? Laten we dat deze kerst eens verwonderd onderzoeken. Huub Oosterhuis zegt het zo: ‘Licht, kind in mij, kijk uit mijn ogen.’

 
   « Artikelen overzicht