Tover

Wie ooit na een theatervoorstelling in de lege zaal is blijven talmen, weet wat onttovering betekent. Plots gaan de grote zaallampen aan en is er werkelijk niets meer over van de aandachtig opgebouwde sfeer van licht en decor. Misschien ging het er ooit in het paradijs ook zo aan toe. Wegwezen, de grap heeft lang genoeg geduurd. Diezelfde sensatie overkwam mijn familie van de week bij het doorsturen van een internetlink. Het huis van onze grootouders wordt te koop aangeboden. De sprookjesplek waar we als kinderen ontelbare vakanties hebben doorgebracht. Heilige grond is na verbouwing veranderd in een witte operatiezaal, zo lijkt het. Ik heb het hart niet om door alle internetfoto’s te bladeren. De heilige huiver die ik vroeger voelde op de drempel van de voorouderlijke slaapkamer kan ik nog niet missen. Het was er donker, omfloerst en geheimzinnig. Voor school las ik later alle mysterieuze boeken van Couperus en steeds weer verscheen die slaapkamer voor mijn geestesoog. Maar nu wordt nieuwsgierigheid me toch de baas en ik scrol door de foto’s naar de slaapkamer. Een nietszeggende ruimte. Maar is dat erg? Steeds vaker blijkt dat wetenschappers na het kille bestuderen van het heelal niet minder verwonderd raken. Het mysterie blijft bestaan. Om ons en in ons. De betovering van ons grootouderlijk huis leeft in ons voort tot in het derde en vierde geslacht.

 
   « Artikelen overzicht